Lees hier het vorige deel van mijn telescoopblog: Poedertjes uit Gent
De buurvrouw kijkt een beetje bezorgd over de heg. Al een tijdje heeft ze Andrés en mij in de tuin bezig gezien met een groot blauw olievat, verschillende poedertjes, glasschijven en een plantenspuit. Dat kán niet pluis zijn.

Verdachte handelingen in de tuin: ‘Wat spook jij uit!?’
Dan heeft ze eindelijk de moed om te vragen wat we aan het doen zijn. “O dat. We bouwen een telescoop”, zeg ik. Een beetje verward staart ze ons aan. Ik begrijp dat dit niet bepaald verhelderend werkt. Ik vertel over ons telescoopbouwproject, en de slijpsessie waar we mee bezig zijn.
Tijdens het slijpen gaan we onze telescoopspiegel-in-wording te lijf met de pakweg vijf verschillende poedertjes die we netjes uit de telescoopwerkplaats van Kijkerbouw in Gent hebben meegekregen. De poedertjes bestaan uit fijne korreltjes van het ultraharde siliciumcarbide (bíjna zo hard als diamant). We gebruiken de grootste ‘korrel’ eerst en werken richting de steeds fijnere poeders.

De spiegel in wording (rechts) en de tool op de werkbank. Het slijppoeder is alom aanwezig.
De missie is relatief simpel. We nemen onze zogenoemde tool, een glasschijf met ongeveer dezelfde diameter als onze spiegel, en zetten die vast op onze werkbank (aka olievat). Bovenop de tool strooi ik het grofste slijppoeder dat we hebben meegekregen. Ik spuit er een beetje water bij en we zijn klaar voor het slijpen.
Ondertussen neemt Andrés de spiegel, die nog geen spiegel is, nog even onder de loep. Je kunt met een vergrootglas zien dat de matte glasplaat nog vol oneffenheden zit. Als we een dieptemeter voorzichtig over de spiegel schuiven springt de naald heftig heen en weer (het apparaat meet oneffenheden tot honderdsten van een millimeter), het reliëf is dus ook meetbaar.

Spiegelinspectie!
Het slijpen gaat beginnen. Precies zoals we eerder in Gent te werk zijn gegaan. We bewegen de glasplaten over elkaar heen, terwijl we steeds van richting veranderen. Eerst de spiegel bovenop, dan onderop. Het slijppoeder dat tussen de platen zit diept de spiegel langzaam uit en door de steeds fijnere poeders wordt hij als het goed is steeds gladder.
Het valt niet mee. Soms is het enorm zwoegen om de glasplaten over elkaar te schuren. Ze komen zelfs even vast te zitten. Onze meester Jean Pierre Grootaerd had ons hier al voor gewaarschuwd met doemscenario’s van mensen die de platen met grof geweld van elkaar probeerden te hameren.
Het punt is dat twee glasplaten die zó perfect op elkaar passen, de neiging hebben zich vacuüm zuigen. Als ik Jean Pierre hierover mail, en hem vertel dat we druk bezig zijn in de tuin, vertelt hij meteen wat we fout doen: ‘Je moet ook niet in de volle zon gaan slijpen! Het water verdampt door de hitte en en je glazen zitten plots muurvast…’

‘Slijp jij? Dan hou ik de parasol wel vast.’
Gelukkig hoeven wij geen hamers te gebruiken. Wij, en onze glasplaten bereiken heelhuids het einde van de laatste slijpronde. Tussendoor doen we nog een check op gladheid met onze dieptemeter. En de naald trilt niet meer! De spiegel is gladder geworden. Na het fijnste slijppoeder, volgt er nog een polijststap met een nog veel fijner polijstmiddel. Nu is ons het gebruik van de dieptemeter verboden, dat zou namelijk krasjes opleveren.
We merken dat we – afgezien van onze werkzaamheden in de volle zon – bij ieder poeder minder werk hoeven te verrichten, en dat het glas minder mat wordt. Uiteindelijk glijdt de (bolle) tool bovenop de (holle) spiegel vanzelf precies naar het midden, en dat lijkt ons een goed teken.
Zondagsslijpers
Natuurlijk zijn Andrés en ik letterijk en figuurlijk ‘zondagsslijpers’, het slijpproces neemt zo maanden in beslag. Het kan veel sneller. Jean Pierre liet weten dat hij eens een spiegel in een dag heeft geslepen… Respect.
Na enkele maanden zijn wij nu ook op dat punt, en het resultaat liegt niet. Voor ons ligt warempel een spiegelende glasplaat! Met een sterk vergrootglas kunnen we geen oneffenheden meer ontdekken. Het is ongelofelijk hoe je met zo’n simpele procedure blijkbaar zo’n precisie kan bereiken.

En ja hoor, de spiegel spiegelt na de laatste polijststap. Overigens is dit alleen maar het bewijs dat de glasplaat glad is, de échte spiegelende laag wordt hier bovenop gedampt en is van aluminium.
Maar we zijn er nog lang niet, want we hebben als het goed is een vrijwel perfect holle spiegel gemaakt. En dat terwijl we eigenlijk een parabolische spiegel moeten hebben… Wat!!? Tja, hoe dat zit leg ik uit in de volgende blog. Ik vrees dat we nog een paar middagen in de tuin nodig hebben.
Lees hier het volgende deel van mijn telescoopblog: De juiste ronding